‘Individuele en anonieme
aandacht houdt het taboe in stand’

De advocatuur kampt sinds jaren met toenemende uitval door psychische problemen, waaronder burn-out. Social media, prestatiedruk, perfectionisme, langdurige stress en te weinig rust zijn bekende verklaringen van de ‘epidemie’ waar we volgens sommigen in zitten. Maar welke andere oorzaken zijn specifiek voor de advocatuur en blijven nog vaak buiten beeld?

Door Juriaan Mensch

“Hij was bijna klaar met zijn stage. Maar op een dag stond hij aan mijn bureau met de boodschap dat het niet meer ging. Hij zat vast. Ga maar naar huis zei ik, en neem je rust, dan kijken we later wel verder. Maar hij is nooit meer teruggekomen als advocaat. Kennelijk was hij er echt klaar mee.”


Voor Pieter Nabben, patroon van de advocaat-stagiair die zijn burn-out bekendmaakte, kwam het als een verrassing: “Ik merkte soms wel dat er wat in de planning knelde, dingen niet af, of op het laatste moment. Maar hij was talentvol en intelligent, schreef goed en paste prima bij ons kantoor. Het ging als een tierelier. Maar ik vroeg me na zijn uitval af: ben ik alert genoeg geweest? We denken toch van onszelf dat we het goed doen als kantoor. We laten mensen hier niet aan hun lot over. Het zijn hier ook geen Zuidas-taferelen, we hebben een goede balans.”


“Voor Pieter kwam mijn bericht inderdaad een verrassing,” vertelt de stagiair, die niet met zijn echte naam genoemd wil worden. “Wat meespeelde bij mijn terughoudendheid om open te zijn, was schuldgevoel. Drie jaar lang is er in me geïnvesteerd in tijd en geld, en dan kom je met zoiets aan.”

“Mooi weer spelen leek makkelijker. Maar omdat je ook belangenbehartiger bent, moet je wel. Toch kostte dat toegeven me veel moed. Voor mijn patroon en het kantoor heb ik niets dan lof, er was veel oog voor het menselijke. Het was echt mijn eigen trots waar ik overheen moest stappen.”

‘Het maken van fouten kan hard aankomen’

Volksziekte

In de advocatuur vind je gemakkelijk verhalen als die van de stagiair. Psychische problemen staan al jaren op nummer één als reden voor uitval onder advocaten volgens Movir, de verzekeraar waarbij de meeste advocaten bij aangesloten zijn. Alleen de verzekeraar kent de exacte reden van uitval, en de omvang ervan.

Absolute aantallen van meldingen zijn geheim. Movir gaf eerder wel percentages vrij: van de advocaten die zich in 2011 meldden met klachten, kampte 41 procent met een psychische aandoening. In de jaren 2011, 2012 en 2013 lag het aantal meldingen zo’n dertig procent hoger dan in de twee jaren ervoor, meldde de verzekeraar in 2014.

Woordvoerder Melchior Hovestadt van Movir geeft de laatste stand van zaken: “Helaas kunnen we geen percentages meer geven, maar wel zeggen dat de stijgende lijn zich ook na 2014 doorzet, met correctie voor de groei van de balie meegenomen. Verder zien we dat de duur van de claims bij psychische aandoeningen van advocaten sterk toeneemt. Dat geldt ook voor de complexiteit van de redenen achter uitval.”

De verzekeraar geeft verder aan dat de psychische problematiek nu relatief vaker bij jongere advocaten voorkomt: Bij de groep advocaten onder de 40 jaar is een stijgende lijn zichtbaar. Als oorzaak noemt Movir ‘toenemende druk op de advocatuur als gevolg van identificatie met de problematiek van cliënt, mondiger cliënten, het onder druk staan van het inkomen en 24/7 informatieload, waardoor er weinig rust is en kans op uitputting ontstaat.’

Waarom?

Over de oorzaken wil men vaak alleen anoniem praten. Soms kan dat ook niet anders vanwege de vertrouwelijkheid. Een headhunter voelt zich erg betrokken bij het onderwerp, maar kiest ook voor anonimiteit. Namen van kantoren en personen noemt hij niet.


Zijn verhalen, afkomstig van cliënten, schetsen een wat donker beeld. Over degenen die wel op mindere periodes worden afgerekend, en er vervolgens worden uitgewerkt. Een burn-out wordt zo soms doorgeschoven naar de volgende werkgever; die draait voor kosten op. De reputatie van een kantoor krijgt soms voorrang op de werkelijkheid. Hij vertelt over een bedrijfsarts die het imago van ‘gezond kantoor’ schoonhoudt door burn-out bewust een andere oorzaak te geven. “Op je hoofd gevallen met de fiets wordt dan de oorzaak,” aldus de headhunter.


Moeten meedoen

Frederiek Voskens is creatief directeur van PodiumT – de T staat voor Taboe – dat met theaterinterventies en -debatten moeilijke onderwerpen bespreekbaar maakt. Ze ontwikkelde over het fenomeen burn-out het theaterdebat Time Out! Het is gericht op studenten en hoogopgeleide jonge professionals en wordt op maat gemaakt voor de sector waarvoor opgetreden wordt. De medische wereld maakt al vaak gebruik van haar theaterconcept om de stress, prestatiedruk en burn-outs hoger op de agenda te krijgen.

De advocatenkantoren waar ze mee spreekt hebben ook aandacht voor het thema, ziet Voskens. Ze weet van de individuele coachgesprekken en de mindfulness workshops. Of de online hulptools om werk en privé in balans te houden. “Maar individuele en anonieme aandacht houdt het taboe in stand,” vindt ze. “Het zal toch eerst bespreekbaar gemaakt moeten worden. Dat je hardop kunt zeggen: ik trek dit niet. Ik wil niet meedoen aan deze ratrace, maar ik ben evengoed van grote en duurzame waarde voor onze organisatie.”

Maar het is moeilijk om de problematiek breder bespreekbaar te maken in de advocatuur, merkt Voskens: “Als ik langskom geeft een enkele partner eerlijk toe dat het speelt, dat ze zelf dit systeem ook echt niet meer willen, of dat ze hun mensen hebben overbelast. Maar veel vaker is er een vluchtig gesprek waarin met de hand op de deurklink beaamd wordt dat ik een goed thema te pakken heb. Daarna hoor ik niets meer.”

In de medische wereld is er vanuit jonge professionals zelf al meer openheid, misschien ook meer urgentie. Want van de groep co-assistenten kampt inmiddels zo’n 70 procent met burn-out-achtige klachten, citeert Voskens uit een onderzoek. “Maar Time Out! is niet samen zielig zijn, hoor. Als we een volle zaal hebben met de artsen, bestuursleden, co-assistenten, studenten en studiebegeleiders, dan wordt er gepraat en gelachen. Want men beseft: oh, ik doe zelf mee aan het systeem dat deze problemen veroorzaakt.”


Dat systeem vertoont gelijkenissen met de advocatuur. Het is er een waar wat minder ambitie, werklust of perfectionisme tonen not done is – en voor jou een ander.

Niet meedoen aan die prestatiecultuur en CV-building is vrijwel onmogelijk voor wie aan het begin van de carrière staat. Voskens: “Het blijkt ook dat goed studeren alleen niet meer genoeg is, ook al ben je briljant of de meest empathische arts die de wereld nodig heeft. En een zes halen wordt als falen gezien. Je moet overal goed in zijn, alles al weten en overal aan meedoen wil je de boot niet missen, is de boodschap.”

“Jonge professionals die ik spreek zeggen na het zien van Time Out! vaak dat ze op willen houden met het systeem dat die prestatiedruk opvoert. Maar er niet aan meedoen betekent wel onderop de stapel liggen, terwijl het aantal beschikbare plekken beperkt is. Een opleider zei nog tijdens het debat: ik zal eens onderop die stapel kijken naar de nietsnutten, of daar wat leuks bijzit. Tsja, wat moet je dan?”

Pieter Nabben haakt bij het systeem dat prestatiedruk veroorzaakt aan, maar met een iets andere invalshoek. Na de uitval van zijn stagiair sprak hij met andere patroons die hetzelfde meemaakten, en samen kwamen ze tot het inzicht dat hoogbegaafdheid ook mee kan spelen. “Die mensen lopen fluitend door de studie, maken nooit een fout. Maar fouten maken – en dat gebeurt geheid als advocaat – en daarop gewezen worden kan extra hard binnenkomen, en stress opleveren voor deze groep.” De stagiair beaamt dat hij daar mogelijk meer dan gemiddeld mee worstelde.


Toch maar wat anders

De headhunter ziet nog twee diepere oorzaken die mogelijk de toename van klachten onder met name de jongere garde verklaren: “Tijdens de crisisjaren zijn er weinig mensen aangenomen, waardoor je nu een enorm tekort hebt aan mensen in het middenkader met vijf tot tien jaar werkervaring. En er is veel werk, want de economie draait goed. Die mensen voelen het.”

Een tweede oorzaak die hij ziet is dat veel mensen de advocatuur binnenkomen die er eigenlijk niet helemaal thuishoren: “Je kan als high potential met een rechtendiploma op zak vrijwel nergens anders terecht dan in de advocatuur. Dus veel jongeren die nog niet helder hebben wat ze echt willen, die doen het maar gewoon en zien wel. Maar niet op je plek zitten met onvoldoende motivatie kan je gaan opbreken.”


De stagiair herkent zich in deze uitleg: “De advocatuur vergt veel van je. Dat is makkelijker te verdragen als je goed weet dat je op je plek zit. Je bent dan weerbaarder, ook als je fouten maakt. Ik wilde de advocatuur echt doen, en er zijn veel aspecten van het vak die ik heel mooi vind, maar ik twijfelde meer en meer, liep vast en verloor het overzicht. Ik voelde me erg ongelukkig. Toch pushte ik maar door: kom op, je bent jong en kan wel wat hebben, niet zeuren. Tot het niet meer ging. Achteraf gezien had ik veel eerder aan de bel moeten trekken.”